Elena Safronova (62) is opgegroeid in de Oekraïne. Op haar 33e verhuisde ze naar Apeldoorn en bouwde hier een leven op. Twee jaar geleden – toen de oorlog in de Oekraïne uitbrak – haalde ze ook haar vader (toen 95) naar Nederland. “Mijn dochter en ik hebben er drie dagen over gedaan, het was heel spannend. Sindsdien woont hij bij mij. Van de een op de andere dag was ik opeens fulltime mantelzorger.”
“Ik zorg heel graag voor hem, want ik hou van hem! Hij heeft zijn hele leven voor mij gezorgd, nu kan ik voor hem zorgen. Mijn kinderen hebben een drukke baan – als dokter en analist bij een bank – en een druk leven in Utrecht in Amsterdam. Ik wil hen niet belasten, dus ik neem de zorg voor mijn vader volledig op mij.”
“Direct na de komst van mijn vader, belde een vriendin mij: ‘Ik heb een vriendje voor je vader!’ Het ging om het hondje dat een ander thuis zocht. Mijn eerste gedachte was: ‘Oh nee, nog meer zorg!’. Toch hebben we het hondje uit Purmerend opgehaald. Ik heb er nooit een minuut spijt van gehad. Ze is zo belangrijk voor mijn vader. Hij noemt haar zijn witte ‘Angeltje’. Ze is altijd bij hem, ook als ik er niet ben.”
Elena werkt namelijk ook nog 4 dagen per week als data engineer bij de Belastingdienst. ”Destijds in Utrecht, nu gelukkig in Apeldoorn. De combinatie werk en volledige mantelzorg was in het begin erg zwaar. Niet alleen voor mij, ook voor mijn vader. Hij zat hele dagen alleen in een rijtjeswoning in een stad waar hij niets en niemand kent en zelfs de taal niet spreekt. Daarnaast kan hij maar met 1 oog zien, waardoor hij heel afhankelijk van mij is.”
“Een vriendin hielp mij zoeken naar ondersteuning. We ontdekten de Kap. Zij zorgden ervoor dat mijn vader af en toe bij Talma Borgh kon verblijven om mij te ontzorgen. Inmiddels is hij er twee weekenden per maand. Ik ben Monique Steunenberg (de Kap) en Irene Kraaijvanger (Talma Borgh) enorm dankbaar dat ze mij zo hebben geholpen. Dankzij hen heb ik weer lucht.”
“Bij Talma Borgh is mijn vader in goede handen. Daar krijgt hij de zorg die hij nodig heeft. Hij krijgt zijn medicijnen, wordt gedoucht en komt elke dag even buiten. Ik kan nu zelfs een weekend weg zonder dat ik me zorgen hoef te maken.“
Twee vrijwilligers van de Kap zoeken hem regelmatig op. “De een komt uit Iran, de ander spreekt Russisch. Ze maken gezellig een praatje en maken een wandeling. Ik ben zo geweldig blij met hen!”
Elena kijkt uit naar kerst. “Mijn oudste zus uit Rusland is dan bij ons, samen met mij zoon en dochter. We zijn allemaal super dol op onze vader en opa; we zijn blij dat hij nog leeft en dat we nog van elkaar mogen genieten!”